Rapport ‘Ruimte in autonomie en nabijheid’ aangeboden aan de tweede kamer

Lizanne Schweren en Maartje Hoogsteyns
Gepubliceerd op
19 april 2024

Recent werd het rapport ‘ruimte in autonomie en nabijheid’ aangeboden aan de tweede kamer door minister Helder van VWS. ThaNet vroeg de auteurs om hun belangrijkste bevindingen samen te vatten.

Wat was de aanleiding voor dit rapport?

In haar proefschrift laat dr. Rosalie Pronk (2021) zien dat veel mensen die psychisch lijden en een aanhoudende, soms ambivalente, doodswens hebben, behoefte hebben om in hun wens serieus genomen te worden. Reakiro, een particulier inloophuis in België, wordt genoemd als voorbeeld van een goed initiatief. Mensen kunnen er laagdrempelig in gesprek met hulpverleners, ervaringsdeskundigen en lotgenoten over hun doodswens. Het was onduidelijk of in Nederland vergelijkbare initiatieven bestaan.

 

Hoe hebben jullie het onderzoek uitgevoerd? 

Het ministerie van VWS verstrekte aan 113 Zelfmoordpreventie en het Amsterdam UMC de opdracht het hulpaanbod voor mensen met een aanhoudende doodswens in kaart te brengen. Gezocht werd naar initiatieven die 1) zorg, hulp en-of ondersteuning bieden aan mensen met doodswensen bij ernstig psychisch lijden; die 2) ruimte geven aan het open gesprek daarover; én 3) laagdrempelig zijn. Met aanbieders van initiatieven die aan deze criteria voldeden (of leken te voldoen) zijn interviews afgenomen.

 

Welke bestaande initiatieven vonden jullie?

We identificeerden vijf contexten waarbinnen op dit moment ondersteuning geboden wordt aan mensen die psychisch lijden en kampen met een aanhoudende doodswens, en waarbinnen het voeren van een open gesprek over de doodswens mogelijk is. Dit betreft a) centra waar herstelgericht gewerkt wordt op basis van ervaringsdeskundigheid, b) thematische belangenorganisaties, c) de specialistische GGZ, d) geestelijke verzorging, en e) suïcidepreventie. Een aanbod zoals het Vlaamse Reakiro werd in Nederland niet gevonden.

 

Waarom ‘ruimte in autonomie en nabijheid’?

In de interviews met initiatiefnemers komen steeds dezelfde drijfveren terug: ruimte geven aan de doodswens, luisteren zonder wens om te ‘redden’ – zonder behandeldoel of risico-inschatting. Die laatste komen vaak voort uit de gevoelde zorgen en professionele verantwoordelijkheden van de luisteraar, maar staan een open gesprek en nabijheid in de weg. In lijn hiermee vinden initiatiefnemers het belangrijk dat de verantwoordelijkheid zoveel mogelijk bij de persoon zelf wordt gelaten en dat zijn of haar autonomie versterkt wordt.

 

Hoe moeten we nu verder?

Initiatieven binnen centra waar herstelgericht gewerkt wordt op basis van ervaringsdeskundigheid, en Geestelijke Verzorging Thuis, voldoen het meest aan de gestelde drie criteria. Bovendien zijn deze initiatieven vaak ingebed in een (bijna) landelijk dekkende organisatiestructuur. Uitbreiding en versterking van dat hulpaanbod zien we op dit moment als de meest kansrijke weg om deze groep snel beter te ondersteunen. Tegelijkertijd kunnen ook initiatieven in de andere contexten (specialistische GGZ, zelfmoordpreventie, thematische belangenorganisaties) veel betekenen voor mensen met een aanhoudende doodswens. We adviseren daarom om het open gesprek over doodswensen in het brede veld te bevorderen, net als samenwerking tussen de geïdentificeerde contexten. Aanbieders van bestaande initiatieven geven aan dat het bestaande aanbod verbeterd worden door het realiseren van landelijke dekking, het borgen van de continuïteit van het zorgaanbod, het vergroten van de bekwaamheid van medewerkers, en het vergroten van de vindbaarheid van het zorgaanbod.

 

Lizanne en Maartje zullen ook komen vertellen over hun rapport op de online ThaNet-bijeenkomst van 11 juni 2024. Daar zullen we ook stilstaan welke rol ThaNet kan spelen in het bereiken van bovenstaande doelen en wat netwerkleden kunnen doen binnen hun eigen instelling?

 

Wil je nu al aan de slag? Lees het volledige rapport hier en stuur hem door naar je bestuurders.

Misschien ook interessant

Opmerking
Opmerking
Hoe zou je deze pagina willen beoordelen?
Heb je een opbouwende opmerking?
Volgende
Laat je e-mailadres achter als we contact met je mogen opnemen over je feedback
Terug
Inzenden
Bedankt voor het achterlaten van je opmerking!