Een recent artikel uit het Tijdschrift voor Psychiatrie helpt ons bij het praten en denken over levenseinde in de GGZ.
Waar gaat dit artikel over?
De zorg aan het levenseinde voor patiënten met een (ernstige) psychische kwetsbaarheid is divers. De setting, aandoening, inschatting van de bekwaamheid t.a.v. het overzien van de (medische) situatie, het gedrag; het zijn enkele voorbeelden die zorgen dat elke patiënt een individueel zorgplan verdient. Moureau heeft op basis van literatuuronderzoek vijf doelgroepen beschreven rondom het thema EPA-patiënten en palliatieve zorg.
- Patiënten met een psychiatrische aandoening, na een ernstige somatische aandoening.
- Somatische comorbiditeit bij psychiatrische aandoening.
- Ernstig somatische aandoening, t.g.v. psychiatrische aandoening.
- Ondragelijk en uitzichtloos psychisch lijden.
- Ernstig en persisterende psychiatrische aandoening.
Wat hebben Nederlandse hulpverleners hieraan?
Het onderscheid tussen de vijf doelgroepen kan enerzijds bijdragen aan meer gerichte/ gepersonaliseerde interventies voor patiënten in de dagelijkse zorgpraktijk. Verder kan een afbakening van doelgroepen zicht geven op het standaardiseren en verbeteren zorg binnen één van de doelgroepen en het doen van verder wetenschappelijk onderzoek rondom deze indeling van doelgroepen.
Auteur van het artikel: Loïc Moureau.
Publicatiedatum: April 2024
Titel onderzoek: Levenseinde en ggz: naar meer conceptuele helderheid.
Link: Levenseindezorg en ggz: naar meer conceptuele helderheid – Tijdschrift voor Psychiatrie